Elisabeth Elliot, veilig in het lijden (2024)

Een beknopte biografie van Elisabeth Elliot lijkt het op eerste gezicht een tragedie van de bovenste plank: Eerste echtgenoot: John Elliot. Getrouwd 1953. Overleden 1956. Tweede echtgenoot: Addison Leitch. Getrouwd 1969. Overleden 1973. Derde echtgenoot: Lars Gren. Hij overleeft Elisabeth weliswaar, maar gedurende de laatste tien jaar van hun huwelijk lijdt zij aan dementie.

Toch zijn het de hoop en de vreugde die het leven van Elisabeth kenmerken. De boeken die ze schrijft, de lezingen die ze houdt, getuigen ervan. En het radioprogramma waarin zij van 1988 tot 2001 dagelijks te horen is, heet ”Gateway to joy”. Poort naar de vreugde.

Het kruis

Elisabeth Elliot wordt kort voor Kerst 1921 in België geboren als dochter van een zendelingenechtpaar. Ze heeft een zus en vier broers. Enkele maanden na haar geboorte verhuist het gezin naar Amerika. De kinderen worden geworteld in het Woord van God. In een van haar boeken schrijft Elisabeth: „Aan mijn vader dank ik een diep besef van God als Schepper. Ik kan mij geen tijd herinneren dat ik mij niet bewust was van het zingen van de vogels, de heerlijkheid van de bergen, de frisheid van de dauw, de pracht van een bos vol witte pijnbomen, de geheimzinnigheid van de nachtelijke hemel. Hij leerde ons zien, horen, ruiken, proeven. Onze ouders leerden ons allebei op wel duizend manieren hoe we Degene die ons gemaakt heeft, konden kennen en dat wij Hem konden vertrouwen. Zij vertelden ons het verhaal van Degene Die het hart van God opent. Het verhaal van Degene Die het „Afschijnsel Zijner heerlijkheid en het uitgedrukte Beeld Zijner zelfstandigheid” is (Hebr. 1:3). Het is het verhaal van Jezus, van Zijn geboorte uit een maagd, Zijn leven, Zijn sterven aan het kruis. Toen wij nog heel klein waren, leerden zij ons Hem te vertrouwen. Zij zongen voor ons ”Veilig in Jezus’ armen”. Maar veiligheid sluit het lijden niet uit, dat leert het kruis ons wel. Vanzelfsprekend begreep ik dat allemaal nog niet toen ik een kind was, maar toen ik het lijden leerde kennen, ontdekte ik dat het vertrouwen in deze sterke armen betekent dat zelfs ons lijden onder controle is. We zijn niet veroordeeld tot de zinloosheid. Er is een liefhebbend Doel achter alles, zelfs in de scherpte van het lijden is een grote tederheid aanwezig.”

De liefde

Elisabeth studeert Grieks, vanuit de wens het Nieuwe Testament in een vreemde taal te kunnen vertalen. In haar studietijd ontmoet ze Jim Elliot. „Jim en mijn broer, Dave Howard, behoorden allebei tot de klas die in 1949 op Wheaton afstudeerde”, zal ze veel later schrijven, „maar al was ik ook een leerling van Wheaton, toch had ik nooit met Jim kennisgemaakt vóór Kerstmis 1947, toen hij in de vakantie bij Dave kwam logeren. Ik moest later wel lachen toen ik hoorde dat hij aan zijn ouders geschreven had over een „lang, slank meisje, helemaal niet knap, maar met een merkwaardige persoonlijkheidsaanzet, en ze interesseert me.”

De twee voelen zich sterk tot elkaar aangetrokken. Toch staat niet vast dat ze de weg samen zullen verdergaan. „Op een zomeravond in 1949 zat ik op een bank op een helling van de Mount Tabor in Portland. Op een betamelijke afstand naast mij zat de man die ik liefhad en die ik met heel mijn hart zou willen huwen. Er was meer dan een jaar voorbijgegaan sinds hij zijn liefde voor mij had bekend. Het bleek echter dat het zendingswerk waartoe ieder van ons zich geroepen voelde, van ons zou kunnen verlangen dat wij ongetrouwd bleven. (…) Ik zou spoedig weer naar huis gaan, in New Jersey. Zouden wij elkaar ooit ontmoeten. Wanneer? Waar? Zouden wij altijd ongetrouwd blijven? „Alstublieft Heere, nee”, zei mijn hart, „zonder hem zal ik sterven.” Ik wist ergens in mijn achterhoofd dat God nooit iets geeft wat minder is dan het beste. (…) Ik legde mijn verlangens nogmaals voor Hem neer bij Wie alle verlangens bekend zijn en voor Wie geen geheimen verborgen zijn. De volgende dag stapte ik in de bus naar Philadelphia zonder de garantie dat ik Jim ooit weer zou zien.”

De dood

Ruim vier jaar later trouwen Jim en Elisabeth toch. Ze gaan wonen en werken onder de Indianen in Ecuador. Eindelijk zijn ze samen. Totdat de dood hen scheiden zal. En na slechts zevenentwintig maanden gebeurt dat al.

Met vier andere vrouwen zit Elisabeth in januari 1956 in Ecuador te wachten op nieuws over hun mannen, die vertrokken zijn om vriendschap te sluiten met een vijandige Indianenstam, die van de Auca’s. Het radiocontact met de mannen is verbroken. Reddingsploegen die eropuit zijn gegaan, vinden ten slotte een lichaam. En nog een. En nog een. De mannen zijn dood. Alle vijf door de Auca’s omgebracht met een speer.„Ik was nu geen getrouwde vrouw meer. Ik was weduwe. Weer een opdracht en een nieuwe opgave. Denkt u nu alstublieft niet dat dat de gedachte was die mij te binnen schoot op het moment dat het bericht kwam. „O Heere!” was waarschijnlijk het enige wat ik kon bedenken, zo verbijsterd waren we. Stukje bij beetje begon ik door de loop der jaren, toen ik probeerde het lijden te doorgronden (dat niet doorgrond kan worden), te zien dat er in ieder lijden in een bepaalde zin betekenis ligt.”

Het werk

In een van haar boeken beschrijft Elisabeth hoe ze twee dagen na de dood van Jim met hun dochtertje Valerie terugkeert naar Shandia, hun verblijfplaats in het oerwoud. Ze gaat aan het bureau zitten dat Jim in hun slaapkamer heeft gemaakt en kijkt naar de open plek buiten, waar het oerwoud zich omheensluit. In de kamer ernaast ligt Valerie te slapen in een klein, houten ledikant, het laatste meubelstuk dat Jim heeft gemaakt. Elisabeth gaat weer aan het werk op de buitenpost bij de Indianen.Ze kijkt omhoog en vindt vrede. „Ik zeg dat ik vrede gevonden heb, ik beweer niet dat ik me niet verschrikkelijk eenzaam voelde. (...) Ik herinner mij dat ik op een ochtend heel vroeg wakker werd in een kleine rieten schuilhut met een bladerdak aan de oever van de Curarayrivier. Mijn dochtertje van drie en ik brachten daar de nacht door in gezelschap van enkele Indianen op de terugweg van een dagtocht door de streek (…) Door de regen leek het wel of ik bijna verdronk in een groot gevoel van eenzaamheid. (…) Die ochtend versterkte de Heere mij met een ”Er staat geschreven”, waarmee Hij mij aan Zijn beloften herinnerde: „Ik zal u niet begeven en Ik zal u niet verlaten. En ziet, Ik ben met u, al de dagen.””

beeld: Unsplash

Elisabeth Elliot, veilig in het lijden (2024)

References

Top Articles
Latest Posts
Article information

Author: Prof. An Powlowski

Last Updated:

Views: 6070

Rating: 4.3 / 5 (44 voted)

Reviews: 91% of readers found this page helpful

Author information

Name: Prof. An Powlowski

Birthday: 1992-09-29

Address: Apt. 994 8891 Orval Hill, Brittnyburgh, AZ 41023-0398

Phone: +26417467956738

Job: District Marketing Strategist

Hobby: Embroidery, Bodybuilding, Motor sports, Amateur radio, Wood carving, Whittling, Air sports

Introduction: My name is Prof. An Powlowski, I am a charming, helpful, attractive, good, graceful, thoughtful, vast person who loves writing and wants to share my knowledge and understanding with you.